Nederlandse onderzoekers hebben met een speciale techniek voor het eerst de elektrische geleiding in het hart van kinderen gedetailleerd in kaart gebracht. De metingen toonden aan dat elektrische geleidingsstoornissen in de boezems van het hart al op zeer jonge leeftijd voorkomen. Het onderzoek is gepubliceerd in het Journal of the American College of Cardiology. NRC Handelsblad plaatste er een reportage over, deze is hier te lezen.
Dit kan verklaren waarom mensen met een aangeboren hartafwijking al op jonge leeftijd hartritmestoornissen zoals boezemfibrilleren ontwikkelen. Uiteindelijk kunnen deze metingen een belangrijke stap zijn in de zoektocht naar de oorzaken en behandeling van hartritmestoornissen.
Het onderzoek onder leiding van Medical Delta hoogleraar prof. dr. Natasja de Groot (Erasmus MC, TU Delft) en afdelingshoofd thoraxchirurgie prof. dr. Ad Bogers in samenwerking met kinderhartchirurgen, kindercardiologen en promovendi is uitgevoerd bij baby’s en zeer jonge kinderen en maakt deel uit van het wetenschappelijk programma Medical Delta Cardiac Arrhythmia Lab.
Het is voor het eerst dat wetenschappers zogeheten ‘mappingtechnieken’ toepasten bij zeer jonge kinderen. Omdat deze techniek uitsluitend tijdens openhartoperaties toegepast kan worden, kan dit alleen gedaan worden bij kinderen met een aangeboren hartafwijking omdat zij al jonge leeftijd geopereerd worden. Bij mapping worden speciaal ontwikkelde sensoren op het hart geplaatst. Deze sensoren brengen de elektrische geleiding rondom het hart nauwkeurig in kaart, waardoor stoornissen heel precies opgespoord worden. Het afgelopen jaar zijn tientallen zeer jonge patiënten van het Sophia Kinderziekenhuis in Rotterdam onderzocht tijdens een openhartoperatie.
“De metingen lieten zien dat de onderzochte kinderen een geleidingsstoornis hebben. Dat kan verklaren waarom hartritmestoornissen al op jonge leeftijd kunnen ontstaan,” zegt prof. dr. Natasja de Groot.
Na deze eerste observatie willen de onderzoekers de karakteristieken van de geleidingsstoornissen in kaart brengen. Waar hangt het mee samen? Zijn er specifieke plaatsen waar het voor komt? “We willen hier ijkpunten van maken zodat we afwijkingen goed van elkaar kunnen onderscheiden en deze uiteindelijk ook aan de buitenkant kunnen meten. Ook willen we de stoornissen van elektrische geleidingen bij jonge kinderen vergelijken met die bij volwassenen en mogelijke verbanden opsporen.”
Door veel data te verkrijgen, hopen wetenschappers beter te kunnen vaststellen op welke manier specifieke hartritmestoornissen het beste behandeld kunnen worden. “Dit onderzoek vormt daarin mogelijk een belangrijke stap,” aldus De Groot.
De sensorapparatuur die bij de metingen zijn gebruikt, zijn samen met Medical Delta hoogleraar prof. dr. ir. Wouter Serdijn (TU Delft, Erasmus MC) ontwikkeld. Prof. dr. ir. Alle-Jan van der Veen (TU Delft) ontwikkelde een methodiek om de verkregen data te analyseren. De Groot, Serdijn en Van der Veen zijn samen met prof. dr. Bianca van Brundel (Amsterdam UMC, Erasmus MC) de Scientific Leaders van het wetenschappelijke programma Medical Delta Cardiac Arrhythmia Lab. In dit interdisciplinaire onderzoek werken medici en technici samen om hartritmestoornissen in kaart te brengen met als doel behandeling ervan te verbeteren.
Amazing Erasmus plaatste een uitgebreid artikel over het onderzoek, dit artikel is hier te lezen.
Deze website maakt gebruik van cookies. Cookies zijn tekstbestanden die op de computer worden geplaatst wanneer websites worden bezocht. Ze worden veel gebruikt om websites efficiënt te laten werken en om informatie te verstrekken aan de eigenaren van de website. Hieronder kan aangegeven worden of u de cookies accepteert.